Aytta State te Roordahuizum

Ligging Deze state lag op Ayttawei 9 in Roordahuizum, gemeente Leeuwarden, ten oosten van de kerk.

De boerderij op het terrein van Aytta State op 10 augustus 2011

Ontstaan Het ontstaan van de state is niet bekend.
Geschiedenis "De oudste vermelding van Aytta is praedia Ayttana en Aytama in Roerdahuysum in 1484. Van Aytta in Roordahuizum is geen stins bekend. Het goed is van belang als oudst bekende, en als zodanig ook binnen de familie gewaardeerde, stamhuis van de familie Aytta. Deze gold sinds begin 16e eeuw als adellijk en was ook in de 15e eeuw al verwant met families van hoofdelingen, zoals Jelckema te Meskewier, Albada te Rauwerd en Hania te Weidum, en grietmannen en rechters in de Leppa, zoals Tjepma te Roordahuizum en Camstra van Aegum.
Vanaf het einde van de 14e eeuw kunnen we de familie Aytta en de door hen bewoonde staten en stinzen volgen. De voornaamste bron daarvoor is de zogenaamde Genealogia Ayttana uit de 16e eeuw, die binnen de familie werd overgeleverd. Hierin lezen we bijvoorbeeld op blz. 271, dat een Fedde Hettez Jelgersma in het begin van de 16e eeuw trouwde met Tryn Dyesdr Hania uit Weidum. Als stamouders worden Gerbod en Auck Aytta, eind 14e eeuw te Roordahuizum, genoemd. Auck was in de 16e eeuw nog bekend door een in de familie bewaard testament.
In de 16e eeuw wordt van zowel Aytta als Helvardera benadrukt dat het oud familiegoed is. Het dicht bij de Aytta State gelegen goed Helvardera (FC24) is volgens overlevering uit vrouwelijke lijn aangeërfd. Volgens een oude kwartierstaat was Syts van Hemrikseind, de vrouw van Fercke Aytta, een lid uit de familie Helvardera.

Een zoon van Gerbod en Auck was Folcart Aytta. Een dochter van Folcart trouwde met een eigenerfde boer in Roordahuizum. In de eerder genoemde "Genealogia Ayttana" wordt op blz. 257 gemeld, dat deze dochter trouwde met "Douuo filio Gekonis de Vinya dicto Gekinga". De familie Gekema/Winia met de onder Roordahuizum in 1640 voorkomende saten Clein Gieckema, Groot en Clein Wynia leverde in de 16e eeuw ook grietmannen.
Een andere dochter trouwde met Ludolf Tjepnia op Tjepma state te Roordahuizum; hun zoon Siboud Tiebbama was in 1477 grietman van Idaarderadeel. Folcarts zoon Fercke verliet Aytta in Roordahuizum als woonplaats en vestigde zich op Groot Hemrikseind in Wergea, dat door zijn vrouw werd ingebracht.

Sjouck Fercks, een dochter van Fercke Aytta te Hemrikseind, trouwde in het hoofdelingenmilieu: eerst met Jarich Wybes Jelckema van Meskewier, later met Renick Doitses Albada te Flansum onder Rauwerd. Er zijn verschillende aanwijzingen dat deze aanwezigheid van hoofdelingen in de verwantschapskring geen onverdeeld genoegen was: zij vergrootte de kans op conflicten, ondermeer over de verdeling van erfenissen. Sjoucks oudste broer was mr. Bucho, prebendaris in Wirdum en priester in Wergea. Hij erfde Aytta state in Roordahuizum, die hij bij testament aan zijn oomzeggers naliet.

In de zestiende eeuw wist Viglius van Aytta (1507-1577), de bekende politicus, uiteindelijk door vererving en door aankoop van familieleden veel van de oude Aytta-goederen te krijgen: zo ondermeer Bukama met Aytta of het Blauwhuys te Swichum, Hemrickeyntserada staeten en een deel van de saete aldernaest Hemrickeynt te Wergea, en ook Aytta staeten en Hilvardera guet te Roordahuizum." (P. Noomen)

Volgens het stemkohier van 1640 zijn dan Wigle van Aytta die te Huizum woont, Warmoldus van Accoma en Joan van Accoma uit naam van zijn vrouw de eigenaren en de gebruikers zijn dan Baucke Doytses en zijn vrouw. Er wordt bij vermeld "schiet 18 floreen hier en 4 te Wirdum", waarbij "hier" uiteraard Roordahuizum is. Het goed lijkt daarna toch weer verbrokkeld te zijn en in handen van andere families gekomen te zijn.
In het hypootheekboek van Idaarderadeel komen we het volgende tegen: "Taco Willems Groustra rechter en ontvanger tot Roordahuijsum" koopt in 1669 circa 25 pdm van Ayta. Dit is éénderde deel van het totale goed.

In 1685 wordt van de heer Zagheus Heemstra c.u. door "Sywert Sywerts en Seger Gales, echtelieden grootschippers te Hindelopen", gekocht "een zate te Roordahuizum, Ayta Staete genaamd, 25 pondematen groot, bij de bijsitter Groustra bewoond, huis, schuur en hovinge in de koop van de landen versmeltende". Belast met 22 floreen en met verdere lasten. Gekocht voor 81 goudgulden per pondemaat (T 13-21 nr. 56/328, 5 mei 1685).
Enkele maanden later, op 12 september 1685 vindt een tweede verkoop plaats. We komen deze verkoop tegen in het hypotheekboek van Idaarderadeelk (IDA 74 221): "Taco Groustra bisitter van Idaarderadeel en Doutien Aenes Hiddema echtel. Roordahuijsum, bekennen bij desen vercocht te hebben aen Siewert Siewerts ende Seger Gales echtel. tot Hindelopen sekere 16 pdm lants leggende over hoog en leeg in de zaete Lants tot Roordahuijsum bij de vercopers selfs wordende bewoont Ayta Staete genaempt sullende de huijsinge schuijre hovinge bomen ende plantagie sampt watermolen ende andere annexen pro quota in de coop der landen versmelten beswaert over ’t geheel met 22 floreen sampt vordere lasten vercocht de pondte voor 78 g.g. vrij gelt met drie golden ducatons tot een vereringe voor de vercooperse welck contant sal worde betaelt ende coopschat tot twaelf hondert acht en veertig goldg. in drie termijnen". (met dank aan de heer G. Mast.)
In 1698 blijkt het goed nog steeds in handen te zijn van Sieuwert Sieuwertsen met zijn vrouw die te Hindeloopen wonen. Zij verpachten het 23,5 hectare grote goed aan Jacob Klasen terwijl de belasting nog steeds 18 floreen onder Roordahuizum en 4 onder Wirdum bedraagt.

In 1700 wordt de naam van de eigenaar vermeld als "Sierd Sierdsen" en de gebruiker is dan Minne Ansckes.
In 1728 zijn de kinderen van "Sjeerd Sjeerdsen" eigenaren, maar zónder stemrecht. Dat recht hebben ze blijkbaar verkocht aan oud-kolonel Cornelius van Scheltinga die vermeld wordt als eigenaar van alléén de stem die op het goed rust.

In 1832 tenslotte is het geheel eigendom van Sybrand van Haersma, grietman van Achtkarspelen, te Buitenpost.

Bewoners Gerbod en Auck Aytta, eind 14e eeuw
Folcart Aytta
Viglius van Aytta, 16e eeuw
1640 Wigle van Aytta te Huizum, Warmoldus van Accoma en Joan van Accoma uit naam van zijn vrouw, gebruiker "Baucke Doytses met zijn vrouw"
1669 - 1685 Taco Willems Groustra
1685 - na 1700 Siewert Siewerts (koop), getrouwd met Seger Gales, wonen te Hindeloopen
1728 de kinderen van "Sjeerd Sjeerdsen"
1832 Sybrand van Haersma te Buitenpost
Huidige doeleinden Op het stinsterrein staat nu en woonboerderij.
Opengesteld n.v.t.
Foto's
Verantwoording Tekst:M/b>
C.W. Braaksma en J. Leemburg Bronnen:
Een groot deel van de tekst is met toestemming van auteur P.N. Noomen overgenomen van www.hisgis.nl, tab "kaartlagen", keuze "Stinzen Fryslân". Die tekst is tevens gepubliceerd in "De Stinzen in middeleeuws Friesland en hun bewoners", P.N. Noomen, Uitgeverij Verloren, Hilversum 2009
De heer G. Mast
Foto 1: archief van J. Leemburg