Fridshuistera State te Metslawier

Ligging Fridshuistera State lag ten noorden van Metslawier, gemeente Dongeradeel.

Kadastrale Kaart met de States rond Metslawier uit 1832
Andere benaming Fritshuys
Ontstaan Het is niet bekend/zeker of hier werkelijk een stins of state heeft gestaan.
Geschiedenis De belangrijkste stins in Metslawier was Ropta. Daarnaast waren ook Wibalda en Jaersma oude hoofdelingenhuizen. Alledrie deze machtsposities werden in 1422 al genoemd. Verder waren er nog twee staten die vanwege hun naam, omgrachting of (16de-eeuwse) bewoning opvallen: Oldhuistera en Fridshuistera. Beide goederen werden ook in 1511 reeds genoemd.

De beschermde terp Fridhuistra is omschreven als terrein met mogelijk resten van een stins.
In 1511 gebruikte Aeltie to Frijtze Hustma land, waarvan het klooster Weerd landheer was. Ook in 1578 wordt het goed door een pachter bewoond. Hij wordt onder de naam Reijmer to Fridshuijs genoemd en blijkt Entshuijs te heten en gehuwd te zijn met Barbara van Scheltema. (*1) In de boedelbeschrijving van hun nalatenschap blijkt een 'grote eecken kast' te zijn, die 'Barbara zecht van de convente Weert van de Priorinne geschoncken is'. De op de terp gesuggereerde stinsplaats zou dan aan het klooster Weerd geschonken kunnen zijn. Het door een gracht omringde terrein (*2) was nog duidelijk te herkennen op de laatste topografische kaart.
Het terrein is nu onbehuisd en wordt doorsneden door een sloot. In de noordelijke helft van het stateterrein zijn een deel van gracht en singel nog net herkenbaar en wordt gebruikt als weiland. De zuidelijke helft, blijkbaar niet beschermd, is in het naastgelegen perceel akkerland opgenomen.

(*1) Dochter van Schelte Sybethsz Scheltema en Ursel Herckema. Huwelijkscontacten tussen partners uit families van kleine hoofdelingen en kloostermeijers kwamen vaker voor. Zie Jaersma te Holwerd.
(*2) Omgrachting van kloosteruithoven en belangrijke kloosterboerderijen kwam vaker voor. Zie Deersum te Achlum en Germerhuis te Hantumeruitburen. Maar ook stond er vaak een stenen ‘spiker’ of stins op het terrein. Deze geografische representatie had een parallel in de verwantschapsrelaties tussen kloostermeijers, grote eigenerfden en kleine hoofdelingen.
Bewoners 1598 Reyner Entshuys en Barbara Scheltesd Scheltema
Huidige doeleinden Het terrein is nu onbehuisd en wordt gebruikt als weiland.
Opengesteld n.v.t.
Foto's Van Fridshuistera State zijn mij geen afbeeldingen bekend.
Bronnen Tekst: Jan Leemburg
P.N. Noomen, De stinzen in middeleeuws Friesland en hun bewoners, 2009
Herma M. van den Berg, De monumenten van geschiedenis en kunst, Noordelijk Oostergo, De Dongeradelen
De website hisgis
Afb. 1: archief Jan Leemburg