Ligging
|
Scheltema State stond ten noordoosten van Boxum, gemeente Menaldumadeel, in de hoek
van de Hegedyk en de Tiltsjedyk.
|
Andere benaming
|
Scheltinga State
|
Ontstaan
|
Wanneer de State gebouw is, is mij onbekend.
|
Geschiedenis
|
In de noordwestelijke hoek van de Hegedyk en de Tiltsjedyk liggen nog twee lage
terpjes. Hier zou volgens de atlas van Eekhoff de Oedsma State hebben gestaan.
Van den Akker schrijft rond 1940 dat Eekhoff zich heeft vergist met zijn aanname
dat Oedsma en Scheltema dezelfde state zou zijn geweest. Hier stond Scheltema
State en Oedsma State stond op de dorpsterp en zou identiek zijn aan Juckema
State. Gezien de bewonersgeschiedenis van Oedsma State volgen we Van den
Akker.
Er wordt wel verondersteld dat hier de uithof van Klooster Lidlum met de naam
Ter Poorte zou hebben gestaan. De uithof waar abt Eelco van Lauckama door de
bewoners werd vermoord. Waarschijnlijker is echter dat deze uithof een stukje
noordelijker stond, op de terp waar de Hegedyk overheen loopt en vlakbij de
kruising met het Boxumer Zool. Daar zou het als een echte poort gestaan hebben
voor alle wegverkeer naar het zuiden.
We weten dat een Sybe van Scheltinga in 1566 om zijn geloof verbannen wordt en
later terug komt. Na de Reformatie in 1580 is hij op de Landdag volmacht voor
Oostergo, hoewel Boxum in Westergo ligt...
Volgens het stemkohier van 1640 is Jan Arriens boer op Scheltema State en
eigenaar is dan Ulbe van Aylva. Van Burmania vermeldt dat bij testament van 29
september 1619 Insch van Scheltema, de weduwe van Epo van Aylva, “praelegateert
Scheltema State met huys, hof en Poorte” etc. aan haar tweede zoon Sybe van
Aylva.
Het stemkohier van 1670 vermeldt “Juffr. Lycklama, wed van den Heere Ailva tot
Witmarsum voor 2 parten ende de Here Grietman Jr. Sicco van Ailva voor een derde
part eigenaars van Scheltema plaats”.
In 1698 en 1700 staat grietman Hector van Glinstra als eigenaar vermeld en
vervolgens in 1708, 1718 en 1728 Johanna van Vierssen, wed. Van Glinstra. In 1738
is vermeld “Vrouwe Wyckel, wed. Glinstra” en van 1748 t/m 1768 “Secr. Wyckel”. Van
1708 tot 1768 heeft de fam. Oedsma de boerderij in gebruik.
Onder zijn tekening schreef Stellingwerf: “Scheltema-state te Boxum van oude Mevr.
Glinstra”. Maar ook onder zijn tekening van Ringia State te Blessum schreef hij dat
er een mevrouw Glinstra woonde. Waren beide states bewoond door dames Glinstra, de
ene ouder dan de andere, waren ze beide eigendom van dezelfde mevrouw of heeft hij
weer een van zijn befaamde vergissingen gemaakt?
De gelijkenis met de naburige Ringia State is dan ook groot. Een voorbeeld van het
type stins waaruit de kop-hals-rompboerderij is ontstaan.
De State heeft een niet erg groot, stinsachtig voorhuis. In de gevel van het
voorhuis bevinden zich twee kruisvensters en ook hier is de getoogde ingang in de
naar verhouding lange “hals” te vinden.
Het terrein waarop de State stond was ook hier toegankelijk via een poortgebouw, dat
over de gracht stond.
|
Bewoners
|
1566 Sybe van Scheltinga
tot 1619 Insch van Scheltema, wed. Epo van Aylva
vanaf 1619 Sybe van Aylva
1640 Ulbe van Aylva
1670 Juffr. Lycklama, wed Van Aylva en Sicco van Ailva
1698 Hector van Glinstra
1708-1728 Johanna van Vierssen, wed. Van Glinstra
1738 mevrouw Van Wyckel, wed. Van Glinstra
1748 - 1768 secretaris Van Wyckel
|
Huidige doeleinden
|
Van de state is niets anders terug te vinden dan de bovengenoemde terpjes.
|
Opengesteld
|
n.v.t.
|
Foto's
|
|
Bronnen
|
Tekst: Jan Leemburg
“Van de mond der oude Middelzee”, serie artikelen in het Friesch Landbouwblad van
1922 tot 1942 door K.J. van den Akker, in boekvorm uitgebracht in 1971
"Menaldumadeel, 2000 jaar leven in een Friese grietenij” door David Hartsema,
1981
“Skiednis fan Menameradiel” red. O. Santema en dr. Y.N. Ypma, 1972
Afb. 1: uit “Skiednis fan Menameradiel”, origineel in prentenkabinet Fries Museum
Afb. 2: Archief J. Leemburg
|