Ligging | Tjallinga State stond aan de Hoge Herenweg ten zuidwesten van de kerk van Westernijkerk, gemeente Ferwerderadeel. |
Andere benaming | ‘t Weeshuis |
Ontstaan | Deze stins/state is mogelijk reeds vóór 1400 ontstaan. |
Geschiedenis |
In 1452 wordt Thyard Zthalingha genoemd; zijn zoon was Ydze Zthalingha,
grietman van Ferwerderadeel. Eén generatie later wordt (een) Idts Tzalinga
opnieuw genoemd: in 1481 kwam hij met andere Schieringers Wybe Jarichsz
Jelckema te Akkrum te hulp, in 1483 werden vader en zoon Wygara uit Terzool
op zijn huis in Nijkerk gevangen gezet en in 1487 tekende hij het verbond
tussen Dokkum, Dantumadeel en Ferwerderadeel. Als dochter van Idts kan
Siouck Tzallinga worden gezien. Zij trouwde met de in 1512 onthoofde
Gerbrandt Mockema, die in 1511 eigenaar van Tjallinga-state te
Westernijkerk was van syn wyffs wegen. In 1500 was het huis al door de
Saksische soldaten in de as gelegd. In 1540 was Sjoerd Andla, vanwege zijn vrouw Kinsck van Ropta, eigenaar van Tjallinga. In 1541 bestemden zij Tjallinga-huis met bijbehorende goederen tot (onderhoud van) een weeshuis. De stichting Tjallinga-weeshuis bestaat tegenwoordig nog. In 1640 was de boerderij ’t Weeshuis echter eigendom van jonker Frans van Eysinga cum sociis en staat Evert Gerrits te boek als gebruiker. Voor 1698 was echter het weeshuis weer eigenaar, want het stemkohier van dat jaar vermeldt als eigenaar “Weeshuis, Westernijkerk” en als gebruiker Here Wybes. Het floreenkohier van 1700 vermeldt de heren Feugen en De Wolf als administrateurs van een “eene plaats, Tjallinga-state, … tot een weeshuijs…. gebruijckt” met een totale oppervlakte van 36 pondemaat en 74 einzen waarvoor 35 floreen betaald moest worden. In het stemkohier wordt het goed weer betiteld als ’t Weeshuis dat dan in gebruik is bij Ids Nitters. Blijkbaar is de boerderij later toch weer verkocht, want in 1832 staat grietman Bernardus Buma “en mede eig.” in het Kadaster vermeld. Dat Tjallinga oorspronkelijk een stins was, blijkt uit de aanwezigheid van een stinswier op het terrein. |
Eigenaren |
1452 wordt Thyard Zthalingha Ydze Zthalingha 1481, 1487 Idts Tzalinga 1511 Siouck Tzallinga en Gerbrandt Mockema 1540 Kinsck van Ropta en Sjoerd Andla, |
Huidige doeleinden | Op de plaats van de vroegere State bevindt zich nu een boerderij. |
Opengesteld | Deze boerderij is particulier bewoond en is niet toegankelijk. |
Foto's | |
Bronnen |
Tekst: Jan Leemburg P.N. Noomen, De stinzen in middeleeuws Friesland en hun bewoners, 2009 hisgis |