Wynia State te Nes

Ligging Deze state lag ten zuiden van Nes, gemeente Dongeradeel.

De boerderij op het stateterrein van Wynia op 25-04-2010

Andere benaming Wynnie huys
Ontstaan De stins is vermoedelijk in de 14e eeuw ontstaan.
Geschiedenis Als familienaam komt Winghia in Nes in 1481 voor; als Wynnie huys en Wynnie landen in 1543. In 1481 was Sywck Winghia to Ness een van de zoenlieden in een geschil over de sate Lithiaweer te Wetsens. (*1) Waarschijnlijk was Deytse Wynia, in 1511 eigenerfde op 83 pondemaat (fl. 20-11) te Nes zijn zoon. Uit twee andere sates in Nes kreeg hij een rente en met Take Buwingen was hij eigenaar van een sate te Hantumhuizen.
Van Deytse zijn twee zonen bekend: Kempo, op Ponga te Marrum, (*2) en Syuck Wynia, te Nes. Zij trouwden - evenals hun nageslacht - met vrouwen uit adellijke families: Aylva, Heslinga, Jeltinga, Reynsma, Itsma, Burmania. Syuck Wynia erfde voor 1543 Wynia state. Hij trouwde met Fraw Reinsma, dochter van Wybe Reynsma en Wyts Itsma uit Wierum. Zij hadden een dochter Saepk en een zoon Deytse: Saepk Winia trouwde met Ulbe Aylva op Melkema te Rinsumageest; Deytse, woonachtig op Aebingha te Blija,(*3) werd daar in 1578 als edelman aangeslagen voor 12 caroliguldens en trouwde met Eeck Bockes Burmania. Op zijn beurt had Deytse ondermeer twee zoons, Syuck van Winia en Deytze van Wynia. Deze zoons raakten in de jaren 1603-1607 in verschillende processen betrokken, die ze verloren. Ze zagen zich daardoor genoodzaakt Groot- en Klein Wynia te verkopen; de goederen werden daarbij omschreven als "Grot Vinia sate ende state cum annexis onder de clockslach Nes gelegen, een schone heerlicke saate ende state met stins ende alle sijn gerechticheydt, exempt die meyers huysinge gelegen tot Nes in Dongerdeel daer Lyue Feyes op woont, Groot Vinya genaempt, groot nae die naem ende faem tachtich pondematen en als sate ende landen genaempt Cleijne Wijnia leggende tot Nes in Dongerdeel althans bij eenen Lijckle Jurjens als meyer bewoont ende gebruyckt". (*4)

In 1640 was het goed Wynia dus reeds uit de familie Wynia geraakt. Het was toen een gewone boerderij; eigenaar was Thomas Alis, die het verpachtte aan Hylcke Lieuues. In 1698 is de state eigendom van "Claes Jansen kinderen en erven, vier in getal, Nes, voor 2/3" en het resterende 1/3 deel van Doede Bauckes te Hantum. De gebruiker is dan Pieter Jelles, die echter in het floreenkohier van 1700 vermeld wordt als eigenaar. In 1719 blijkt de sate Lyts-Wynia met de floreennummers FC6 en FC50 gelijkgesteld te mogen worden. In 1728 is het eigendom in handen van drie eigenaren t.w. Melis Johannes, Bote Freerxs en Jan Clases, welke laatste de gebruiker was.
Aan Wynia ontleende een boerenfamilie die niet van de oude familie afstamde in de 18de eeuw haar naam. Die hebben er niet er lang gewoond na die naamsaanneming want in 1832 was het goed eigendom van vrederechter Hartman Dirks Hartmans.

(*1) Vergelijk Douwema te Jislum, Tjallinga te Hantum en Lytsewier te Wetsens.
(*2) Zie Ponga te Marrum.
(*3) Hij verkreeg dit van zijn grootmoeder Wits Itsma, die in een tweede huwelijk trouwde met Adsert Aebingha van Blija: Noomen en Verhoeven, "Aebingha", 152-153.
(*4) Verder was er een proces op 30 nov. 1603; de verkoop van Groot-Wynia wordt op 7 juli 1607 beklonken. Het proces rond Klein-Wynia: 26 juli 1604; 20 mei 1606 (RAF, HvF III 10, fol. 341).
Bewoners 1481 Sywck Winghia
1511 Deytse Wynia
voor 1543 Syuck Wynia
Deytse Wynia
rond 1600 Syuck van Winia en Deytze van Wynia
1640 Thomas Alis
1698 Claes Jansen kinderen en erven 2/3 en Doede Bauckes 1/3
1700 Pieter Jelles c.s.
Huidige doeleinden Op het voormalige stinsterrein staat een boerderij.
Opengesteld n.v.t.
Foto's
Bronnen Tekst: Jan Leemburg
P.N. Noomen, De stinzen in middeleeuws Friesland en hun bewoners, 2009
De website hisgis
Foto 1: Jan Leemburg